Het filterproces

Bij het filtreren met mediafilters, ook wel dieptefiltratie genoemd, wordt het water gefilterd door een dikke laag gesorteerde deeltjes, het filterbed genoemd. Deze deeltjes kunnen bestaan uit zand, grind, glas of andere korrelige materialen. De filtratiegraad hangt af van de effectieve grootte van het filterbed en de snelheid waarmee het water door het filter stroomt. Het ruwe water komt binnen via de filterinlaat (1) en sijpelt door het filterbed (2). Gesuspendeerde materialen komen in contact en hechten zich aan de mediadeeltjes. Schoon water stroomt door de filtratiemondstukken (3) uit het filter via de uitlaatklep (4). De geleidelijke ophoping van vuil in het filterbed veroorzaakt een toename van het drukverschil over het filter en wanneer dit zijn maximale ontwerpwaarde bereikt, moet een reinigingsproces worden uitgevoerd. In automatische media filterinstallaties detecteert een drukverschilschakelaar het drukverschil en wanneer het een vooraf ingestelde waarde bereikt, begint het zelfreinigingsproces.

Het reinigingsproces

Reiniging gebeurt door terugspoelen; water onder druk stroomt in omgekeerde richting – van de filtratiemondstukken naar boven, waardoor het filterbed in suspensie komt, zodat de zwevende deeltjes uit de bedding vrijkomen. De vuildeeltjes worden vervolgens door de terugspoelklep uit het filter gespoeld. In automatische mediafilterinstallaties wordt het reinigingsproces uitgevoerd door de controller van het systeem. Wanneer de drukverschilschakelaar vaststelt dat het drukverschil over het systeem een vooraf ingestelde waarde heeft bereikt, wordt een signaal naar de spoelcontroller gestuurd en begint het zelfreinigingsproces.